Yadeborg biedt alleenstaande minderjarige vreemdelingen opvang in onze Procesopvanglocaties (POA). Jonge alleenstaande statushouders vinden een veilig thuis in onze Kleine Wooneenheden (KWE's).
Ook vangen we meerderjarige (vermoedelijke) slachtoffers van mensenhandel en mensensmokkel op. Hen bieden we opvang, begeleiding en ondersteuning binnen de Categorale Opvang Slachtoffers Mensenhandel (COSM).
Veel van onze bewoners hebben traumatische gebeurtenissen meegemaakt. Daarom is het belangrijk dat ze bij ons een veilige basis vinden. Hier krijgen ze de tijd om tot rust te komen, en de ruimte om vooruit te kijken naar de toekomst en hun verdere ontwikkeling.
Yadeborg staat voor diversiteit en werkt kleinschalig. Onze verschillende locaties worden vanuit die visie vormgegeven. Kleinschaligheid is voor Yadeborg een belangrijk uitgangspunt om een goed pedagogisch leefklimaat te creëren en maatwerk te kunnen bieden in de individuele begeleiding.
Yadeborg is een zelfstandige, toekomstgerichte organisatie die voortdurend naar oplossingen en innovatie zoekt, zowel in als buiten ons eigen werk. Gemeenten en anderen die op dit dossier willen samenwerken en op zoek zijn naar passende oplossingen voor de slachtoffers, kunnen ons benaderen. We gaan graag met hen om tafel om te zien wat we samen kunnen bereiken.
Op onze website laten we de mensen van Yadeborg aan het woord. Daarbij kiezen wij bewust voor verhalen over én interviews met onze medewerkers.
Onlosmakelijk onderdeel van Yadeborg zijn echter ook de mensen die we opvangen en begeleiden. Vanwege hun privacy zijn de spotlights niet op hen gericht. Dit verhaal is een uitzondering op die regel. We doen dit op nadrukkelijk verzoek van een van onze bewoners in de opvang slachtoffers mensenhandel (COSM). Dit is het verhaal van L.
‘Het was op een dinsdag, een prachtige dag in mei. Toen kwam ik hier aan. Ik werd vriendelijk ontvangen, moest formulieren invullen, kreeg de huisregels uitgelegd en ze lieten me mijn kamer zien. Ze vertelden me dat ik hier bij Yadeborg op een goede veilige plek was gekomen. Tot ik hier kwam sprak ik niet met mensen over hoe ik me voelde. Ik probeerde zelf met alles te dealen. Ik weet ook niet meer wanneer ik voor het laatst gelachen had. Vanaf dat ik om te overleven uit mijn land gevlucht was, ontmoette ik alleen narigheid. Ik probeerde steeds sterk te zijn.
Hier kreeg ik een plaats om te slapen. Ze vroegen me hoe ik me voelde. Dat had daarvoor nog nooit iemand gedaan. Tot vandaag vraag ik me af waarom dit goede me nu is overkomen.
Voor ik werd gered was ik in die slechte situatie jarenlang alleen. Niemand gaf om me, sprak met me. Ik huilde daar alleen. Toen ik vrij was stroomden mijn ogen vol met tranen en dat stopte niet. Daarom ben ik hier ook op de grond gaan slapen, want het voelde alsof alles om mij heen draaide. Dat is nu over.
Op die vervelende plaats moest ik van zes uur ‘s ochtends tot zes uur ’s avonds werken. Vaak ook langer en dat zeven dagen per week.
Eerst had ik er wat gewerkt toen ik nog in het AZC woonde. Op een dag ben ik daar opgehaald en in de auto gestapt om daar in een caravan te gaan wonen. De man vertelde me dat hij met mijn advocaat, het COA en de IND had gebeld en dat ik van hen hier moest blijven om voor hem te werken. Ik geloofde hem. Hij vertelde mij dat hij me hielp. Ik wist gewoon niet wat er gebeurde.
Elke week gingen we ook terug naar het AZC om te stempelen. Tot ik daar een brief kreeg dat ik terug naar mijn land zou moeten gaan. We zouden samen naar de rechtbank gaan waar ik volgens mijn baas documenten zou krijgen. Op de dag dat we zouden gaan verstreek de tijd. Toen ik vroeg of het geen tijd was om te vertrekken begon hij te vloeken en schelden op de rechtbank. Hij was erg boos. Zijn ogen werden rood.
Op het laatst vertelde hij dat hij heel veel geld in mij had geïnvesteerd. Duizenden euro’s aan de advocaat en dat ik voor hem moest werken. De vrouw van de baas zei me dat ik voor mijn veiligheid het nummer van mijn advocaat op mijn telefoon moest blokkeren. Ik vluchtte niet, want ik geloofde dat ze mij hielpen.
Met de lerares die me Nederlandse les had gegeven had ik heel af en toe nog contact. Ze vroeg me hoe het met me ging en wat ik deed. Ook nodigde ze me bij haar thuis uit. Ik had angst daar heen te gaan, want mijn baas vertelde dat het onveilig was.
Omdat ze altijd goed voor me was geweest ben ik toch gegaan. Van haar hoorde ik dat mijn baas misbruik van mij maakte en dat dat human trafficking - mensenhandel - was.
Toen ik terug bij de caravan kwam was mijn wifi weg en kon ik de lerares niet meer bereiken. Weken gingen er overheen tot ik bedacht dat ik het wifi van een supermarkt kon gebruiken. Zo kon ik op een nacht een heleboel berichten van mijn lerares binnen halen en lezen. Ze vroeg me bewijzen te verzamelen, maar dat was lastig omdat mijn baas me steeds controleerde.
Op 4 april was mijn bevrijdingsdag. Toen kwamen twee mannen om me bij mijn baas weg te halen. Ik was blij maar tegelijk had ik angst. Wie waren die mannen en waar zouden ze me heen brengen. Mijn hoofd en mijn ogen draaiden. Ik kan je niet vertellen hoe naar dat voelde.
Via een tussenstop in Den Haag kwam ik uiteindelijk bij Yadeborg terecht en kwam de rust ook terug.
Mensen hier zijn goed voor me. Ze helpen me om een beter mens te zijn en zorgen ervoor dat ik me goed voel. Ik wil hen dan ook graag helpen. Ik schilder, maai gras, maak schoon. Ik houd ervan om met mijn handen te werken.
Hier bij Yadeborg ben ik verslaafd geraakt aan schoonmaken. Als alles schoon is vraag ik mijn mentor om meer klusjes. In de herfst veeg ik in de straten om het huis alle bladen op of ruim sneeuw op als die gevallen is. Dan kunnen de oudere mensen hier uit de buurt ook veilig de straat op.
Wanneer ik ga wandelen groeten mensen mij. “Alles goed?” Ik weet niet hoe ze me kennen.
Hoe het verder met me zal gaan? Ik weet het niet. Ik maak me zorgen over mijn toekomst. Kort geleden kreeg ik een brief van de overheid dat ik hier niet mag blijven.’
Yadeborg draait om mensen. Het zijn de slachtoffers van mensenhandel, de alleenstaande minderjarige vluchtelingen en alle mensen waarmee we samenwerken en die bij ons werken. Ze zijn belangrijk en we investeren graag in hen.
Voor onze medewerkers vertaalt zich dat onder meer in een trainingsprogramma Grenzeloos groeien. Dit maatwerkprogramma is het vervolg op enkele jaren van geleide intervisie. Waar de focus eerder lag op coaching door collega’s – waarbij zij elkaar hielpen om na te denken over werksituaties – ligt de nadruk nu op training in persoonlijke én interculturele vaardigheden. Drs. Karel Knoester van SenSolid ontwierp en verzorgt deze training.
Waarom koos Yadeborg voor een andere opzet?
Karel: ‘De intervisiesessies hebben een belangrijke basis gelegd. Collega’s hebben veel van elkaar geleerd en inzicht gekregen in hun werk. Tegelijkertijd groeide de behoefte om die inzichten in de praktijk concreter toe te passen . Daarom zijn we overgestapt naar een meer interactieve aanpak, waarbij medewerkers direct kunnen oefenen. Leren door te doen.
En dat is positief ontvangen. De deelnemers brengen zelf onderwerpen en thema’s in. Door situaties te oefenen wordt het verhelderend. Tijdens de oefeningen worden dingen zichtbaar en ontstaat er intervisie over praktijksituaties. Collega’s bevragen elkaar: hoe zou jij dat aanpakken?’
Het programma Grenzeloos groeien bestaat uit zes dagdelen, die om de zes weken plaatsvinden. Vaak is er een gastacteur aanwezig. Alle pedagogisch medewerkers en slaapdienstmedewerkers volgen de training.
‘Het is goed dat Yadeborg al haar medewerkers de kans geeft om zich verder te ontwikkelen en te groeien in hun vak. In welk beroep je ook werkt, je wilt groeien, leren van elkaar en reflecteren op wat je doet.’
Aanspreken en feedback geven
Een belangrijk onderdeel van het programma is feedback geven aan collega’s. Durf jij je collega’s aan te spreken op wat je ziet? Volgens Karel Knoester is dat in veel organisaties een uitdaging.
‘Vaak praten mensen óver elkaar in plaats van mét elkaar. Dat is niet handig, want zo kan een organisatie ongezond worden. Een organisatie kan ook te lief zijn, waardoor zaken onbesproken blijven. Ik ben er voorstander van om dingen direct met de juiste persoon uit te praten. Daarom is dit onderdeel ook bij Yadeborg in het programma opgenomen.’
‘De mensen die bij Yadeborg werken, geven om mensen. De intentie van iedereen is goed, maar binnen deze groeiende organisatie valt op dit gebied nog winst te behalen. We doen dit om de onderlinge samenwerking te versterken, protocollen te verbeteren, eenduidiger te handelen en ervoor te zorgen dat iedereen weet wat zij in een bepaalde situatie moeten doen.
Ik zie Yadeborg als een warme organisatie, waar medewerkers veel vrijheid krijgen om hun werk zelf in te vullen én de ruimte hebben om te werken aan hun eigen ontwikkeling. Tijdens dit programma helpen ze elkaar om naar een hoger plan te groeien.’